Bij het inrichten van een huis komt nog veel meer kijken dan de meubels, de kleuren van de meubels en het type vloer. Je moet minstens zoveel aandacht besteden aan het aspect ‘licht’. Sterker nog, de hoeveelheid en het soort licht bepaalt voor een groot gedeelte de sfeer en de uitstraling van een woning. Maar hoe weet je welke verlichting je nodig hebt en waar deze moet hangen? Je komt erachter door een lichtplan te maken. Dit artikel legt jou stap voor stap uit hoe je een lichtplan maakt. Uiteraard kun je er ook voor kiezen om het lichtplan te laten maken door een professional.
Wat is een lichtplan?
Een lichtplan is een overzicht van alle verlichting in je huis. In het plan geef je per ruimte aan waar je licht wil hebben. Zo maak je bijvoorbeeld een overzicht voor de woonkamer, slaapkamer, keuken, badkamer, werkkamer en hal. Bedenk wat je met deze ruimte gaat doen, en welke verlichting daarbij past. Is de verlichting functioneel, of decoratief? Welke uitstraling wil je creëren? Dit soort informatie vind je allemaal terug in een lichtplan. Dat ziet er bijvoorbeeld zo uit:
Idealiter wordt een lichtplan vóór een verbouwing gemaakt, zodat de kabels vanaf het begin af aan goed kunnen worden aangelegd. Je kunt ook een lichtplan maken voor een bestaande ruimte, maar dan moet je er rekening mee houden dat het best een pittig karwei kan zijn om de verlichting te verplaatsen en aan te passen.
Een lichtplan maken in 5 stappen
Na het lezen van bovenstaande artikelen weet je waarschijnlijk zeker dat je een lichtplan nodig hebt. Maar hoe maak je een lichtplan? Wij delen dit proces voor jou op in 5 overzichtelijke stappen. Te beginnen met stap 1: het schetsen van je woning.
Stap 1: Schets de ruimtes in je woning
Voordat je aan het lichtplan begint, moet je eerst de plattegrond van je woning erbij pakken. Als je over een plattegrond beschikt, dan is dit een goed moment om deze erbij te pakken. Kopieer de plattegrond zodat je de kopie kunt gebruiken om aantekeningen te maken en markeringen aan te brengen. Is je plattegrond moeilijk leesbaar, door talloze lijntjes, hoogteaanduidingen et cetera? Maak dan een versimpelde weergave van de plattegrond, bijvoorbeeld door deze over te trekken. De plattegrond kun je het beste opdelen in verschillende ruimtes, zodat je voor elke ruimte de verlichting kunt bepalen.
Na het maken van een plattegrond ben je er nog niet! Je moet namelijk aangeven waar de meubels staan. Verlichting boven de eettafel, bank of leeshoek is namelijk essentieel. Om maar een paar voorbeelden te noemen. Je ziet de aanduiding van de meubels ook heel duidelijk terug in het voorbeeld lichtplan.
Stap 2: Bekijk waar alle aansluitpunten zitten
Qua verlichting ben je vaak gebonden aan aansluitpunten. Elk huis krijgt tijdens de bouw aansluitpunten voor verlichting. Als je van deze aansluitpunten af wil wijken, dan moet je creatief omgaan met de bedrading van een lamp. Het is een stuk makkelijker als je een nieuwbouwhuis bouwt of laat bouwen. Vaak krijg je dan de mogelijkheid om zelf te bepalen waar de aansluitpunten moeten komen. Als je hiervan wilt profiteren, dan moet je het lichtplan al in een vroeg stadium van de (ver)bouw(ing) maken.
Stap 3: Bepaal de technische mogelijkheden
Verlichting heeft best wel technische implicaties. Zo bepaalt de lichtsterkte (Lumen) en lichtkleur (Kelvin) grotendeels de sfeer van de kamer. Als je bijvoorbeeld een hoge woning hebt, dan zal het licht een stuk sterker moeten zijn. Je moet dus op zoek naar verlichting met een hoge Lumen waarde. En zo heeft elke ruimte weer z’n eigen, gewenste Lumen- en Kelvinwaarden. Tip: maak gebruik van een dimmer. Hiermee kun je de lichtsterkte aanpassen en daarmee een andere sfeer creëren. Hoe zit het met de lichtkleur?
- Type ruimte: zacht, warm licht wordt meestal gebruikt in de woonkamer, maar is minder geschikt om in te werken. Ter indicatie: een werkplek wordt in de meeste gevallen verlicht met 3000 Kelvin, terwijl een woonkamer eerder rond de 2500 Kelvin licht.
- Leeftijd: houd daarnaast rekening met leeftijd. Hoe ouder je bent, hoe meer verlichting je nodig hebt. Als je een senior en een student met elkaar vergelijkt, kan dit tot verschillen leiden van 4x zoveel licht!
- Kleuren in kamer: kamers kunnen van nature licht of donker zijn. Bijvoorbeeld door de aanwezigheid (of afwezigheid!) van ramen en door de kleuren van de wanden. Vanzelfsprekend heeft een kamer met donkere muren een hogere Kelvinwaarde nodig dan muren met lichte kleuren.
Stap 4: Maak een keuze qua functie en sfeer
Uit stap 1 tot en met 3 heb je waarschijnlijk al kunnen afleiden dat verschillende typen ruimtes verschillende soorten verlichting nodig hebben. De eerste – en meest belangrijke – soort verlichting, is basisverlichting. Denk hierbij aan grote lichtbronnen zoals hanglampen of plafondlampen. Als je deze lichtpunten hebt bepaald, kun je verder kijken, naar sfeerverlichting. Sfeerverlichting kan van alles zijn: van spotjes, tot vloerlampen en wandlampen. Het derde type verlichting waar we bij willen stilstaan is functionele verlichting. Dit is een lichtbron die een specifiek doel dient, zoals een leeslamp er bijvoorbeeld voor is bedoeld om een boek te kunnen lezen. Stap 4, het kiezen van de functie en sfeer van de verlichting, is ontzettend belangrijk. Daarom gaan wij later in dit artikel dieper in op de verschillende soorten verlichting voor in het lichtplan.
Stap 5: Kies en koop geschikte verlichting
Als je aan stap 5 toe bent, dan betekent het dat je lichtplan in kannen en kruiken is. Je weet precies wat voor soort verlichting je op welke plek in huis wilt plaatsen. Gefeliciteerd, je bent klaar voor een van de leukste onderdelen van het lichtplan: het uitzoeken van de verlichting! Je kunt je oriënteren in lampenwinkels, bouwzaken, online et cetera. Het is belangrijk om verschillende soorten lampen te kopen (bijvoorbeeld vloerlampen, wandlampen en hanglampen), zodat het licht gedoseerd door de ruimte wordt verspreid.
Soorten verlichting voor in het lichtplan
Tijdens stap 4 van het lichtplan moet je kiezen wat voor functie en sfeer een lamp moet dienen. Om dat te kunnen bepalen is het belangrijk om iets meer inzicht te hebben in de soorten verlichting. In onderstaande alinea’s gaan we er dieper op in.
De belangrijkste lichtbron: basisverlichting
Elke ruimte moet voldoende licht hebben. Dat realiseer je in eerste plaats door basisverlichting te plaatsen. Tijdens het kiezen van de basisverlichting houd je rekening met natuurlijk daglicht. Het kunstmatige licht moet namelijk zo dicht mogelijk bij de realiteit liggen. Het is belangrijk dat het licht niet opvalt of gekke schaduwen geeft.
Vervolgens arceer je op de plattegrond elke plek waar basisverlichting moet komen. Op basis van de aansluitmogelijkheden en positionering van de meubels kun je direct bepalen wat voor soort lamp het moet worden. Stalamp, hanglamp, vloerlamp of iets anders? Je kunt deze keuze ook op een later moment maken.
Essentiële toevoeging: functionele verlichting
Wat ga je in een bepaalde ruimte doen? Ga je er slapen, eten, koken, werken, lezen? Aan de hand van deze activiteiten kun je bepalen of er functionele verlichting nodig is. Bijvoorbeeld een gezellig dimlicht boven het bad en een fel licht boven het aanrechtblad, zodat je goed ziet wat je doet.
Natuurlijk ga je eerst kijken in hoeverre de basisverlichting een functie ondersteunt. Wellicht is extra verlichting helemaal niet nodig. Om hierachter te komen, moet je cirkels zetten op plekken waar een activiteit plaatsvindt. Je ziet zo precies welke plekken overlapt worden door het licht van de basisverlichting, en welke plekken nog extra verlichting vereisen. Als je bezig bent met de functionele verlichting in je lichtplan, kom je vast snel tot de conclusie dat een ruimte meerdere functies kan hebben. Hoe los je dat op? Er zijn twee veelgebruikte manieren:
- Kies voor licht dat je in sterkte kunt verstellen met een draaiknop, schakelaar of afstandsbediening.
- Kies voor een lichtbron die je in hoogte kunt verstellen.
Accentverlichting op speciale plekken
Heb je een ruimte in het huis dat een speciale lichtbron verdient? Bijvoorbeeld een nis in de kamer, of een mooi standbeeld? Dan kun je een accentlamp plaatsen, die de desbetreffende hoek mooi uitlicht. De meest praktische en tevens vaakst gebruikte vorm van accentverlichting, is het spotje.
Optioneel: decoratieve verlichting
Decoratieve verlichting hoef je niet meteen mee te nemen in het lichtplan, maar we kunnen ons voorstellen dat je dat tóch doet. Je bent immers al bezig. Onder decoratieve verlichting verstaan we bijvoorbeeld kaarsen, licht vanuit de open haard, sfeerlampjes, lampionnetjes et cetera. Vaak kun je deze lichtbronnen neerzetten waar je maar wil, zonder rekening te hoeven houden met lichtpunten. Dit is dan ook een van de redenen dat decoratieve verlichting niet per se in het lichtplan hoeft te staan.
Lichtplan laten maken
Een lichtplan maken is voor de meeste mensen best een leuke en haalbare taak. Als je er niet uitkomt, of bang bent dat je iets over het hoofd ziet, kun je uiteraard professionele hulp inschakelen. De partijen die het lichtplan namens jou maken volgen in grote lijn dezelfde stappen als die we in dit artikel omschreven hebben.